Tijdens de eerste en tweede ronde kunnen volgende hulpmiddelen worden gebruikt bij chemie: het periodiek systeem en volgende nuttige gegevens.

 

Tekst in oranje: enkel voor de deelnemers aan de 2de ronde

 

Classificatie en eigenschappen van stoffen

  • Zuivere stoffen en mengsels
  • Soorten mengsels:
    • verschillende soorten homogene en heterogene mengsels
  • Verschillende soorten scheidingstechnieken (zeven, filtreren, decanteren, indampen, destilleren, adsorptie, extractie, chromatografie en centrifugeren) gebaseerd op stofeigenschappen (deeltjesgrootte, massadichtheid, kook- en smeltpunt, oplosgedrag van stoffen)
  • Enkelvoudige stoffen (metalen, niet-metalen en edelgassen): symbolische voorstelling, algemene eigenschappen en naamgeving
  • Samengestelde stoffen:
    • onderscheid organische en anorganische stof
    • symbolische voorstelling, algemene eigenschappen en naamgeving van de anorganische stofklassen (oxiden, hydroxiden, (binaire en ternaire) zuren en zouten) en de organische stofklassen: (onvertakte) alkanen, alkenen, alcoholen en carbonzuren

 

Corpusculaire structuren

  • molecule, atoom, ion, element: onderscheid en symbolische voorstelling (index en coëfficiënt)
  • atoommodellen tot en met Bohr
  • elektronenconfiguraties voor atomen met Z≤18 volgens het model van Bohr
  • molecuul-, atoom-, metaal- en ionroosters

 

Het periodiek systeem van de chemische elementen

  • hoofdgroepen (namen en betekenis), perioden (betekenis), plaats van de metalen, niet-metalen en de edelgassen
  • elektronegatieve waarde (EN)
  • oxidatiegetal (OG) afleiden van het PSE & bepalen in verbindingen
  • betekenis van een voorstelling als 
  • Atoommassaeenheid (amu), absolute atoommassa
  • relatieve atoommassa en relatieve molecuulmassa, relatieve ionmassa en relatieve formulemassa, molaire massa
  • Isotopen; berekenen procentueel voorkomen van een nuclide in een isotopenmengsel; berekenen relatieve atoommassa vertrekkende van gegeven isotopenmengsel

 

Chemische reactie

  • onderscheid chemisch en fysisch proces
  • inerte stoffen
  • wet van Lavoisier
  • endo- en exo-energetische chemische reacties; interpreteren van energiediagrammen
  • corpusculaire en symbolische voorstelling (reactievergelijking)
  • Opstellen en balanceren van eenvoudige reacties:
    • Verbrandings-, neutralisatie-, neerslag-, gasontwikkelings- en redoxreacties
    • Analysereacties, elektrolyse, thermolyse, fotolyse
    • Synthesereacties
  • Eenvoudige stoichiometrische vraagstukken
  • Redoxreacties:
    • Reductie, oxidatie, reductor, oxidator
    • Redoxreactie met 1 reductor en 1 oxidator

 

Chemische binding

  • ionbinding, atoombinding (covalente binding) en metaalbinding
  • algemene eigenschappen van ionverbindingen, covalente verbindingen (molecuulverbindingen) en metalen
  • Lewisstructuur opstellen van binaire stoffen

 

Gedrag van stoffen in water

  • polaire en apolaire stoffen en oplosmiddelen
  • massaconcentratie en molaire concentratie van een waterige oplossing
  • waterige oplossingen en verdunningen
  • Intermoleculaire krachten: H-bruggen, dipoolkrachten, london-dispersiekrachten
  • Oplosproces van stoffen in water: elektrolyt, niet-elektrolyt, dissociatie en ionisatie
  • Verband tussen pH en concentratie van hydroxoniumionen
  • Verband tussen pH en concentratie van hydroxideionen
  • Zuur base indicatoren

 

Stofkennis van volgende enkelvoudige en samengestelde stoffen

  • diwaterstof, dizuurstof, trizuurstof, dichloor, dijood, diamant, grafiet, octazwavel
  • natrium, ijzer, lood, kwik, koper, aluminium,
  • natriumchloride, natriumwaterstofcarbonaat, calciumcarbonaat
  • waterstofchloride, (di)waterstofsulfaat (zwavelzuur)
  • ammoniak, natriumhydroxide, calcium(di)hydroxide
  • koolstofdioxide, koolstofoxide